Producent Tietzsch niet eens met bevindingen Nederlands onderzoeksinstituut

“Spanningstester Multisafe 3TT36
wel veilig bij juist gebruik”

 

De firma Tietzsch, producent van de hoogspanningstester Multisafe 3TT36, stelt het niet eens te zijn met de bevindingen van onderzoeksinstituut DNV GL over de oorzaak van de spanningsoverslag bij deze tester op de Betuweroute. Het voorval op 22 mei 2018 met deze spanningstester uit 2014 met een 25 kV bovenleiding is, naar de mening van deze fabrikant, terug te voeren op een ‘onjuiste inzet en foutief gebruik van de spanningstester’. “Het ongeval zou niet gebeurd zijn, als de spanningstester juist zo zijn ingezet”, zo stelt Tietzsch in een reactie via de Nederlandse vertegenwoordiging Elspec.

 

De producent reageert op de Safety Alert die de Stichting railAlert op 4 april 2019 op haar website heeft gepubliceerd naar aanleiding van dit voorval op de Betuweroute bij Valburg. Hierbij vond tijdens het verwijderen van een ballon uit de onder spanning staande bovenleiding spanningsoverslag plaats in de tester. Dit voorval was voor de procescontractaannemer in overleg met de Inspectie SZW aanleiding om de spanningstester te laten onderzoeken door DNV GL (het vroegere KEMA).

 

Op basis van de waarnemingen en de analyse komt DNV GL tot de conclusie ‘dat de spanningstester hoogstwaarschijnlijk heeft gefaald doordat een elektrische doorslag is opgetreden vanaf de meet-elektrode naar de geaarde mantel van het spiraalsnoer. De doorslag langs het buitenoppervlak van de ø14 mm GFK-buis werd mogelijk omdat meerdere kruipsporen op de ø14 mm GFK-buis een geleidend pad vormden, waardoor de afstand om de 25kV spanning af te bouwen steeds kleiner werd. Uiteindelijk was de afstand te klein waardoor de doorslag kon optreden.’

 

Spanningstester Tietzsch 3TT36

Bij de foto: rechts de spanningtester Multisafe 3TT36 van Tietzsch die naar de mening van deze fabrikant oneigenlijk gebruikt werd bij het verwijderen van een ballon uit een onder stroom staande bovenleiding. Foto: Rudolph Tietzsch GmbH & Co. KG.

 

Tietzsch komt tot een ander oordeel. Bij het verwijderen van een ballon uit de bovenleiding is de spanningstester oneigenlijk gebruikt. ‘Hierbij werd de rode begrenzingsaanduiding niet in acht genomen. Daarbij is de spanningstester onder de rode begrenzingsring in contact gebracht met de spanning. Hierdoor is het inwendige weerstandspatroon zijwaarts overbrugd en is een kortsluiting geïntroduceerd.’

Daarnaast zijn de elektrische sporen die tot de spanningsoverslag geleid zouden hebben, naar de mening van Tietzsch, ‘mechanische sporen, die ontstaan als gevolg van verwarming van het weerstandspatroon tijdens normaal bedrijf. Deze sporen hebben geen elektrische oorzaak en hebben geen invloed op de veiligheidsfunctie. De weerstandspatronen zijn uitgelegd op de dubbele bedrijfsspanning en zijn door een onafhankelijk testinstituut beproefd.’

 

Naschrift redactie
Met bovenstaande reactie sluit railAlert de discussie over het al dan niet onoordeelkundig gebruik van de spanningstester, tenzij de hierboven genoemde partijen een eensluidend rapport of alomvattende conclusie openbaar maken.